Start » Actueel » Die ene zin

Die ene zin

Door één enkele zin kijk ik ineens anders naar de situatie.

‘Echtpaar zonder kinderen. Meneer heeft kanker.’ Dat is de enige informatie die ik heb als ik op mijn fiets stap voor een rit van 3 kwartier. Ik ben nieuwsgierig naar wat ik ga aantreffen.

Ik word ontvangen door mevrouw, die erg nerveus overkomt. Ik maak een compliment over hun prachtige tuin en trots laat ze weten dat zij degene is met de groene vingers. Ria vertelt meteen dat haar man erg boos is. De dag ervoor was een hoog/laag-bed in de kamer geplaatst. Dit was zeer tegen zijn zin. Hij vond het onzin om in de huiskamer te blijven.

Ongewenste oppas

Ze stelt me voor aan haar man en vertrekt daarna naar het tuinhuisje van een schoonzus.  Voor ik één woord met meneer heb gewisseld krijg ik te horen:

“U heeft zeker wel gehoord dat ik helemaal geen oppas wil hè?”

Dat komt wel even binnen. En met het verhaal over het hoog/laag-bed erbij voel ik aan dat ik dit serieus moet nemen. Dit alles gaat tegen de wil van meneer in. En dat vindt niemand leuk. Ik stel voor dat ik in de erker van de L-vormige woonkamer ga zitten met m’n boek. Als hij mij nodig heeft, kan hij mij roepen.

Ik weet van mezelf dat ik weinig moeite heb om contact te maken in soms lastige situaties, maar dat is nu anders. Als ik thee zet en vraag of meneer ook iets wil drinken, krijg ik als antwoord: “Ik heb nog.” Hij wil geen gesprekje. Hij wil mij niet in zijn huis. Dat is overduidelijk. Deze situatie duurt 3 weken. Het zijn 3 lange weken waarin ik meneer 2 maal per week bezoek.

Op een warme dag vraagt meneer om een biertje. Dat kan ik vinden in de garage zegt hij erbij. In de garage vind ik niet alleen het biertje in de koelkast. Aan de muur hangt een mooie racefiets. Dit maakt plotseling veel duidelijk voor mij. Als sportfietser weet ik hoe fijn het is om wat kilometertjes weg te trappen. Niet alleen voor je plezier, maar ook als er problemen of ergernissen zijn.

Tour de France

Kort daarna start de Tour de France. Ik vertel meneer dat ik uit een wielrenfamilie kom en dat we vaak met elkaar naar de tour kijken. Mijn oudste broer is bevriend met Jan Janssen en ik heb een echte Jan Janssen sportfiets thuis staan. Misschien vindt meneer het leuk om deze keer met mij naar de Tour te kijken? Ik laat ruimte voor hem om nee te zeggen, maar meneer knikt instemmend.

Zo zit ik 2 maal per week naast zijn bed en volgen we samen de Tour. Na een aantal van die middagen stelt hij spontaan voor om samen naar zijn fiets te kijken. Ondertussen noemt hij mij Betty en noem ik hem Paul. Was dit dezelfde man die geen oppas wilde?

Samen kijken we naar de finish. Lance Armstrong wint de Tour. Ria had een heerlijke lunch gemaakt. Ondanks dat Paul erg verzwakt is, hebben we een fijne middag. Bij het afscheid krijg ik van Paul het leukste compliment ooit.

“Ze hebben me tenminste niet zo’n lelijke oude zeur gestuurd.”

Ik fiets naar huis met een brede glimlach. Niet alleen om het prachtige compliment, maar ook om deze man die door onze gezamenlijke passie zo’n mooie draai had gemaakt.

Door: Betty van Bilsen (vrijwilliger thuis)